Na een prachtige zomer vol alpine, multipitches, en vele andere avonturen…. werd het tijd voor onze laatste buitenlandse stage van dit jaar. Je mag dan al een bende ervaren rotsklimmers zijn, trad en zeker barsten zijn toch echt wel een stiel apart. Dus wij weg met het busje naar Orco, oftewel little Yosemite hier bij ons achter den hoek.

Hoewel het voor de helft van onze bende geen eerste kennismaking was met deze Italiaanse vallei, was het wel voor ieder van ons spannend afwachten naar het fenomeen genaamd Sabrina. Onze gastvrouw gaat al ettelijke Mount Coach generaties mee en we leken haar door alle verhalen al bijna te kennen voor we toekwamen. Een ongelooflijk hartelijke vrouw die je met open armen ontvangt om je vervolgens vol te proppen met een avondmaal van astronomische proporties. Wanneer je net gezellig vol bent met de antipasti blijken er vervolgens nog 3 gangen te komen! Death by polenta!

Maar bon we hebben tussendoor ook geklommen! Hieronder zullen we een aantal van de meer memorabele routes beschrijven:

Onder begeleiding van An en Denis vlogen we er de eerste dag onmiddellijk in. We vertrokken met z’n allen te voet naar de Parete dell’ Ombre, waar we verdeeld in drie cordées routes vlak langs elkaar klommen. Een gezellige uitstap dus. Felix, Mo en An vielen de middelste aan, Nocciolina Prigioniera (het gevangen nootje), genaamd naar het klemblokje dat permanent vast zit in de moeilijkste lengte; een korte, overhangende, flaring barst, die pas heel diep een handbarst, wordt gecombineerd met een gebrek aan voetjes. Felix werkte de pas uit en klom de rest van de lengte ook sterk voor, waarna ook Mo en An volgden.

Daarna volgde nog een vingerbarst, die Mo deze keer voorklom. Ze kreeg daarvoor de opmerking van Denis (die kon meekijken van zijn relais in de naburige route) te veel de zijkant te gebruiken i.p.v. écht te barstklimmen. Nog wat oefening met die jams nodig dus! De routes eindigden voor iedereen met hetzelfde onindrukwekkend, kort, derdegraads dalletje, waarna we vlot konden rappellen en afwandelen.

___

Na de intensieve eerste dag trokken we er op dag twee opnieuw op uit. Deze keer stond voor een deel van de groep een echte klassieker op het programma: Jedi Master (6c+). Ik (Felix) klom samen met Sander (MC10) en Matthijs, en al van bij de eerste meters voelden we dat dit zo’n route is die zijn status als klassieker dubbel en dik verdient. Prachtige barstpassages wisselden af met elegante slabstukken. Een genot van begin tot einde.

Matthijs nam het eerste deel op zich en klom dit sterk voor, waarna ik het tweede deel mocht leiden. Voor mij was dit echt de perfecte route voor dag twee: de barsten dwongen ons om onze hand-jamtechniek ten volle te gebruiken, terwijl de slabs ons voetenwerk tot in de puntjes verfijnden. Een technische, maar vooral ook heel mooie beklimming, die we zeker als aanrader willen meegeven aan iedereen die Orco bezoekt!

___

Misschien wel een van de meest iconische routes deze week was de vrij recent geopende Mikakadi. 10 pitchen lang, slab, barsten en vooral een 7a A0 pitch die nog niet volledig was vrijgeklommen. Via via vernamen we dat dit artif gedeelte een vreemd soort offwidth/chimney zou zijn met een boltladder maar dat alle afzonderlijke passen wel mogelijk zouden moeten zijn…

Met deze info vertrokken 2 cordées al bushwackend naar de wand. Denis en Emiel op kop, Mo en Matthijs in de achtervolging. De eerste slabs gingen heel vlot en plots kwam daar pitch 5, een gigantisch dak waar een traverserende dakbarst onderdoor liep. Van ver beneden was deze feature al opvallend en een beetje beangstigend, maar nu net eronder stelden we vast dat vlak voor de relais zich ook nog een natte strook van zo’n drie meter bevond. Denis knalde vlot naar de relais en hem volgend zorgde Emiel al voor een eerste slipper op het natte gedeelte, merde! Maar alles nog oké.

Toen vertrok Matthijs in dezelfde pitch, even vlot en sensueel voortbewegend als Emiel tot daar weer die verdomde natte plek kwam! De bemoedigende en lieve woordjes van Denis mochten niet baten, Matthijs maakte een wat lelijkere val negen meter naar beneden… blijkbaar was zijn hiel hier niet tegen bestand; alle cams achterlaten en afdalen naar beneden voor het ziekenhuis dan maar.

Emiel en Denis gingen nog door tot de top en kregen bij pitch 8 nog lelijk op hun doos. De offwidth bleek moeilijk om achteraf te beschrijven, maar wij onthielden uit hun verhalen vooral: Denis klom de eerste twee haken vrij en Emiel de derde en de vierde haak (in hun logica klonk dit al ergens als een soort team ascent), Denis zat ergens vast met zijn helm en Emiel had de barst bijna ondergespeven van de inspanning.

Toen moesten die lastig te bereiken cams nog gerecepureerd worden, 2 dagen later vertrokken Bavo (MC8) en Pernilla met onze altijd enthousiaste Felix in dezelfde route op zoek naar de cams van Matthijs.

Hoewel zij deze lijn prachtig hebben geklommen en op de gekende plaatsen al eens klop kregen van de route, maakten ze jammer genoeg een cruciale fout!

Het verhaal van de kaaskroketdieven:

Op een avond waar we weer genoten van een rijkelijke, overgevulde tafel bij Sabrina besloot Denis enkele kaaskroketten mee te smokkelen in een serviette voor de dag nadien. Nu bleek die dag nadien in het midden van zijn multipitch wanneer hij hongerig uitkeek naar zijn lunch dat de kaaskroketten in dat bewuste serviette waren vervangen door oud, droog brood: er waren vieze, vuile kaaskroketdieven onder ons! Om het er nog extra in te wrijven stuurden Bavo, Pernilla en Felix een foto van henzelf terwijl ze de kroketten bovenaan hun route smakelijk opaten! De details gaan we u besparen, maar aan alle toekomstige Mount Coachers, klimpartners of eenders wie die met Denis op pad zou gaan geven we graag een tip…

Blijf van zijn kaaskroketten af, want het is het gezaag niet waard!

___

Midden in de week ging de groep, als ‘rustdag’, in een sportklimgebiedje valtraining doen. We vonden enkele mooie barsten en begonnen met een paar valletjes op onze cams om het vertrouwen in het materiaal en onszelf te vergroten. Daarna probeerden we steeds slechtere plaatsingen uit (met uiteraard een back-up om het veilig te houden): klemblokken met te weinig contactoppervlak, friends die maar met twee lobben in de barst zaten, marginaal undercamde cams,… we probeerden het allemaal eens; en tot onze verbazing hielden deze toch veel vaker dan verwacht! Zo leerden we dat, hoewel we natuurlijk altijd proberen onze mobiele zekeringen in de best mogelijke plaatsing te gebruiken, dat ook minder ideale plaatsingen (denk aan: na de crux, megaverzuurd,…) vaak alsnog een val kunnen houden.

Op de vierde dag reden Liedewij, An en ik (Mo) naar beneden tot in Locana om een zijvallei in te gaan. Daar ligt Scoglio di Mroz, waarop we Impressione di settembre zouden beklimmen. Richting het einde van de vallei was de weg hier en daar onderbroken door de overstromingen van vorige zomer, maar gelukkig konden we An haar 4×4 nemen. Na geparkeerd te hebben (en de handrem stevig opgetrokken) moest er nog een uur naar boven gestapt worden. De helling was heel steil en de ondergrond nogal zacht en begroeid met lang gras, een combinatie die het vorderen moeilijker maakte. Daarnaast verloren we vrij snel het meest begane pad, de topobeschrijving was dan ook héél vaag, maar toch bleven we de beloofde rode markeringen spotten. Op de afdaling zouden we pas uitvinden dat er dus wel een veel duidelijker pad aanwezig was.

Maar goed. Aan de wand aangekomen begonnen we in de ‘duidelijke barst rechts van de schoorsteen’. Het zou later blijken dat er nog een barst verstopt zat tussen die schoorsteen en de pitch die wij konden zien – we klommen dus per ongeluk de eerste pitch van de Via Grassi i.p.v. onze bedoelde route, maar beide pitches waren 6a+ en beide waren mooi, dus no harm done daar. Liedewij klom de eerste twee pitches (6a+ en 5c) voor en Mo de volgende twee (6b en 6a), waarna de route eindigde met twee pitches 5b. De pitches wisselden mooie vinger- en handbarst af met dallige arêtes en een schoorsteen achter een grote flake. Ook het uitzicht was prachtig.

Na gerappeld te hebben, kwamen we er pas achter dat we de foute eerste pitch gedaan hadden, en we besloten de andere barst alsnog te klimmen omdat hij er zo aanlokkelijk uitzag.

Conclusie: prachtige vallei, prachtig klimmen, er zou alleen hier en daar een haak minder mogen staan voor een meer immersive trad ervaring, en de approach zou beter beschreven kunnen zijn in de topo.

___

Uiteindelijk en tegelijkertijd veel te snel kwam onze laatste klimdag eraan. Emiel en Felix trokken nog een laatste keer met Denis op pad, en Liedewij, Mo, Hektor en An gingen verdeeld over twee cordées dezelfde route in. Dat was de Diedro Nanchez op de Caporal. Ze waren gelukkig als eerste aan de rots (het was inmiddels zaterdag en de weekendlocals waren weer van de partij). Liedewij en Mo klommen met variabele voorklimmer, waarbij Mo de fysieke 6b’s op zich nam (en de verzuring goed gevoeld heeft) en Liedewij in de delicatere 6a’s op zoek moest naar goede plaatsingen, ondanks de o zo gemiste extra BD3 en BD4. In de andere cordée klom Hektor alle pitches voor, waardoor hij de hele route lang zijn leadskills kon oefenen. Hij koos in de vijfde lengte trouwens voor de esthetische 6b+ variant naar links, een lijn waarvan in de topo prachtige foto’s staan, en die blijkbaar mooi maar vermoeiend klimt.

Boven aangekomen konden we kort genieten van het uitzicht, waarna we in onze rappels nog de twee touwgroepen die na ons in de route waren gestart moesten passeren. Terwijl zij luid hun ongenoegen met deze totaal voorspelbare situatie uitten, raakte ons team toch redelijk vlot in vier rappels beneden. Nog even terug afwandelen en dan naar Sabrina voor ons laatste (rijkelijk) avondmaal in de vallei.

Na een kort nachtje slapen en met onze buiken nog steeds vol vertrok het MC-team terug naar België, klaar voor enkele dagen R&R, maar geïnspireerd en geprikkeld om meteen daarna aan een herfstseizoen vol trainen en bijleren op de Belgische rots te beginnen :D