Tags

, , , ,

Ik kan me nog herinneren dat Koen aan Christophe Profit vroeg of Eugster Direct op de noordwand van Aguille du Midi er goed bij lag. “Behoorlijk droog” antwoordde hij. “Dus niets voor ons” dachten we toen hardop. Waarop Christophe Profit glimlachte en iets zei zin de trend van “een droge route kan juist leuk zijn”.

De laatste dag in Vallon Du Diable kwamen we (Ik en Tim De Dobbeleer ) pas laat uit onze slaapzak. Eerst nog even genieten van het warme zonnetje, een rustig ontbijt en dan pas naar de waterval. Uiteindelijk werd het behoorlijk laat. Wat maakte dat we pas tegen 2 u onderaan onze waterval stonden. Repulsion zou het worden. Een gids en klant kwamen juist beneden aan onze depot en vroegen wat we die dag al geklommen hadden. Niets, we hebben wat in de zon gelegen. Een bedenkelijke blik en een waarschuwing dat deze waterval er best droog bij ligt. De laatste lengte is zelfs niet gevormd. Hij vraagt nog welk niveau we klimmen. Ik zeg dat dit bijna tegen de limiet aanloopt maar we zullen wel zien. Als het te moeilijk is of slecht af te zekeren keren we wel terug.

Repulsion. II 5, 150m © 2010 Sam Van Brempt

Ik start de eerste lengte, volgens de topo een sneeuwcouloir en een korte muur van 80 graden. Het sneeuwcouloir ligt er, de muur niet. Enkel een blok van een goede meter hoog die een 60 centimeter overhelt versperd het couloir. De meeste watervallen aan de noordkant van Vallon Du Diable ligger er dunnetjes bij. Normaal zal er over deze blok dus ook wel ijs liggen? De enige tussenzekering hangt nu al een 10 tal meter onder me en deze passage doe ik toch liever veilig. Ik ga dus op zoek naar een mooi stukje ijs of barst. De 2 witte lijnen aan de zijkanten van de blok blijken losse poedersneeuw te zijn. Daar heb ik dus niets aan, zelfs niet om deze blok te omzeilen. Na een beetje graven onder de blok kom ik gelukkig nog een stevig stukje ijs tegen. Een veilige zekering kan ik dus toch plaatsen. Tussen de blok en de eigenlijke rots steek ik ook nog een klemblok. Een bijl haak ik eveneens onderin, mijn linkerbeen open op een kleine oneffenheid op de rots. Nu kan ik mijn lichaam naar achteren laten hangen zodat ik over de blok kan kijken. Links bovenop de blok plaats ik mijn andere bijl. 2 keer in losse poeder de 3 de keer in een iets vastere sneeuw maar met mijn volle gewicht kan ik er zeker niet aan hangen. Ik laat mijn bijlen even voor wat ze zijn en probeer met mijn handen mijn evenwicht te behouden verzet mijn rechtervoet en linkervoet en breng mijn rechterbijl eveneens boven de blok. Deze komt na de 2 de poging in vaste firn terecht. Ook mijn andere bijl breng ik in een klein barstje dat meer te vertrouwen is. Met het nodige gesukkel en geknars van Crampons komen mijn voeten stilaan ook boven.

Tim in de eerste lengte © 2010 Sam Van Brempt

Terwijl ik het hier nu rustig neerschrijf weet ik dat het me zeker meer dan 5 minuten heeft gekost. Zoeken naar een goede zekering, de verschillende mogelijkheden afwegen, over de rots komen kijken en snel terug eronder door een vlaag spindrift, terug kijken, de bijlen plaatsen, terug rondkijken en afwegen,….Een klein stukje heerlijke mixte. Maar uiteindelijk geraakt de eerste lastige passage overwonnen. Ik klim verder door, maar mijn touw is bij de blok ergens tussen geraakt dus uiteindelijk moet ik relais maken. De beloofde relais aan de rechterkant is alleszins zoek. Tim komt na, en gelukkig, ook hij moet even uitzoeken hoe je erdoor geraakt.

Tim klimt de 2 de lengte. Een stukje goulotte startend bij 70° dat stilaan steiler wordt met op het einde een klein muurtje van 90°. Geen muurtje uit ijs, maar uit een poedersneeuw die zich nog niet volledig tot vaste firn of goulotte-ijs heeft omgezet. Ook hier komt het erop aan van op tijd een tussenzekering te plaatsen. Want juist in het moeilijkste stuk is dat niet mogelijk en valt er op weinig te vertrouwen.

Tim start de 2 de lengte © 2010 Sam Van Brempt

De derde lengte is de zogezegde crux. Een 15 meter 90° dat dan stilaan afzwakt naar 80°. In een smalle geul plakt er overal ijs en sneeuw. Dik is het zeker niet maar met een beetje zoeken en proberen krijg je er her en der vijzen van 16 cm in. Maar ook hier is het tussen de losse poeder zoeken naar stevige stukken firn of ijs voor de voeten, bijlen en ijsvijzen. Na een lastige maar mooie traverse beland ik aan een Relais. Tim klimt deze lengte na door een continue spindrift ik kan enkele leuke foto’s maken.

Sam in de crux van Repulsion, © Tim De Dobbeleer

Doordat er weinig ijs in de route ligt start de 4de lengte eveneens met een lastige mixte traverse. Een kleine 3 meter rechts ligt de ijsgeul, De voeten hebben steun aan een dun laagje ijs dat over de rotsen ligt. De bijlen moeten op zoek naar kleine oneffenheden op de rots, stukjes mos of zich vastzetten in het beetje sneeuw dat tegen en tussen de rotsen plakt. Sneeuw die slechts een keer aangeraakt mag worden, een 2de keer en het valt uit elkaar. Tim klimt deze lengte voor. We hebben een bomvaste relais maar bij een klein foutje voor Tim bij het goede ijs komt maakt hij een serieuze pendel. Op zoek naar een eerste tussenzekering dus. Echte barsten voor klemblokken komen niet voor maar na enig graven in de sneeuw vind Tim een gat waar hij zijn bijl ondersteboven in kan haken. Zo geraakt hij in de buurt van een dikker plekje ijs voor de eerste ijsvijs. Nog enkele voorzichtige passen tot bij het echte ijs en dan is Tim vertrokken.

Tim bereikt het ijs na een traverse

Tim geraakt terug bij het ijs © 2010 Sam Van Brempt

De laatste lengte loopt normaal door een tunnel. De tunnel is er. Het ijs ontbreekt. Snel rapellen we terug naar beneden. We zullen ons moeten haasten om voor het donker terug bij de auto te zijn.
Zelden heb ik een beklimming zo gedetailleerd beschreven. Kijk ik wil even laten zien dat routes best leuk, om niet te zeggen leuker zijn met weinig ijs. Neem wat ijs weg, laat hier en daar een barst, een oneffenheid in de rots en de route wordt veel meer een puzzel die je moet oplossen. Niet gewoon op zoek gaan naar het volgende gaatje in het ijs.
In het geval van Repulsion kan ik ze me moeilijk mooier voorstellen in een dikke laag ijs. Ja ik weet best, tenzij je een overhangende drytoolexpert bent geraak je niet door een lengte waar normaal een vrijstaande sigaar staat. Maar de goulotteachtige watervallen en echte alpiene goulotten. Die moeten niet perse dik liggen. Neem een setje klemblokken, enkele friends, desnoods pitons mee. Zelf heb ik tijdens het klimmen nog nooit pitons moeten slagen, enkel voor een rapel. Maar toch heb ik al vaak gedacht hier slaag ik beter een piton dan die klemblok die er waarschijnlijk terug uitvliegt.

Vergeet even Ligt is Right, dat is voor de grote projecten, en ga een beetje spelen.
Klim rustig, hou een beetje reserve, maar vooral, hou het veilig !!!!

Advertentie