2 weekends ago Etienne, Thibaut and I (Jozua) went to look if there was already some ice climbing to be done in the Queyras.
It’s n’ice in the southern Alps!
21 donderdag dec 2017
Posted Andere, Mount Coach 6
in21 donderdag dec 2017
Posted Andere, Mount Coach 6
in2 weekends ago Etienne, Thibaut and I (Jozua) went to look if there was already some ice climbing to be done in the Queyras.
16 zondag mrt 2014
Posted Mount Coach
inTags
An Laenen, Denis Hoste, Friedemann Koch, ijsklimmen, Jeroen De Mey, Kristof Buyse, Maxime De Groote, MC5, Mount Coach, Nelson Neirinck, Nicolas Mys, Niels Willaert, Quinten Mattens, Sanne Bosteels, Sebastiaan Verbeke, tourski
Het was al enkele jaren geleden, maar vorige week mocht ik nog eens een ijsklimstage begeleiden. Terug naar mijn oude liefde voor deze fantastische discipline in de bergsport, dit keer voor de groep van Mount Coach 5. De ijsklimcondities dit jaar zijn rampzalig, in geen enkele van de bekende ijsklimgebieden in de Alpen waren er echt goede condities te vinden. Maar na de goede ervaringen van vorig jaar, was al een tijdje geleden beslist dat we voor deze stage naar de Dolomieten zouden trekken. Om deze stage mee in goede banen te leiden, kon ik nog rekenen op de steun van An, Nicolas en Quinten. Maar daarnaast waren ook nog Maxime met zijn vriendin Line en de bende van Sam, Nelson, Olivier en Eivind van de partij, allemaal met een appartementje in hetzelfde dorp, waardoor we met 16 Belgische ijsklimmers de streek onveilig konden maken.
Na een lange heenreis van vrijdag op zaterdag en wat logistieke voorbereidingen, ging de stage op zondag 2 maart van start. Samen met Maxime had ik zaterdag al een sector gespot in het Höhlensteintal, maar voor de eerste lessen wou ik een scholingssector opzoeken in Möselegraben. Met onze volledige tourski-uitrusting beginnen we aan de volgens de topo 35′ instijg. Na anderhalf uur extreem steil terrein door een dicht bos vinden we deze sector, maar er is onvoldoende ijs. De toon was gezet voor deze week, moeilijke en vaak lange approach en het was nooit zeker dat we ook effectief ijs zouden vinden. Elke dag moest er dan ook steeds een plan B of zelfs C uitgedacht zijn. Plan B voor vandaag was alvast de sector die ik met Maxime gevonden had en vanaf 13 uur waren we dan toch aan het klimmen.
De eerste lesdag gaat vooral over de juiste klimtechniek en dan vooral om een goede voetentechniek, de basis van elke klimbeweging. En wat is er dan beter om te leren ijsklimmen zonder ijsbijlen? Als het ijs voldoende structuur biedt, gaat dit zelfs erg goed en zeker met wollen handschoenen, die blijven een beetje aan het ijs kleven 😉 Als dat wat goed begint te gaan, krijgen ze er een ijsbijl bij. Zo blijven we klimmen en lijnen uitproberen op de limieten van het mogelijke, tot het donker wordt. Kwestie van de beschikbare tijd maximaal te benutten. ’s Avonds moet er nog gekookt worden en we genieten in ons appartement van een uitstekende maaltijd verzorgt door Jeroen.
De tweede dag willen we op zeker spelen en gaan voor een sector in het Pragsertal, waar Quinten en Nicolas goed ijs hebben gezien. Het is mooi weer die dag en aangekomen op de parking zien we de watervallen mooi liggen. Maar ook de lawine-gevaarlijke hellingen er net boven, dus hop, plan B. Een drie kwartier verder rijden brengt ons naar Lappach, waar ons nog anderhalf uur tourskiën wacht om aan de hooggelegen Zösenberg watervallen te geraken. Hier installeer ik samen met Maxime, Quinten en Nicolas enkele topropes. Het thema van de dag is beveiliging in ijs, plaatsen van tussenzekeringen, standplaatsbouw en afdalen op abalakov en recupereerbare ijsschroef. Om dit alles in te oefenen, wordt er toprope geklommen, maar tussenzekeringen geplaatst alsof we aan het voorklimmen zijn. Na stevig geklommen te hebben, dit keer zelfs met twee ijsbijlen, wacht ons nog een pittige ski-afdaling met de topzware ijsklimrugzakken, ook dit wordt een dagelijks ritueel. Gelukkig tovert Jeroen ’s avonds weer een geweldige maaltijd te voorschijn.
Na twee dagen van nogal zware approach, besluiten we om naar het in 5′ te voet toegankelijke Sottoguda te rijden. Maar wat we met die tijdswinst winnen, gaat verloren door anderhalf uur over besneeuwde cols te moeten rijden. Twee van de drie auto’s moeten sneeuwkettingen opleggen, maar het rijden door een tunnel van 5m hoge sneeuwmuren is wel indrukwekkend. Laat het duidelijk zijn, aan sneeuw is hier geen gebrek. Maar Sottoguda ligt slechts op 1350m en zo goed als alle watervallen zijn er onbeklimbaar zoniet onbestaande. Gelukkig ligt één lengte van een derdegraads waterval er goed bij en iedereen leert hier zijn eerste pasjes in het voorklimmen, de dag is niet verloren.
Vanaf dag vier gaan we voluit voor het multipitchen en om de slaagkans te verhogen, splits ik de groep op in drie sectoren. Hierdoor krijgen we ook een beter beeld van de condities in de hele streek. Het is duidelijk dat we ons moeten richten op hoog gelegen watervallen, op het noorden gericht. Quinten, Nicolas, Denis en Kristof trekken naar de sector in het Pragsertal, maar moeten uiteindelijk terugkeren naar de sector waar we de eerste dag geklommen hebben. Maxime, Line, Jeroen en Sebastiaan rijden naar het Reintal, waar ze ondanks een lange instijg twee mooie watervallen kunnen klimmen. Zelf ontdek ik met An, Niels en Friedemann een mooie waterval in het Arntal, waar we toch een goede 240m kunnen klimmen op variabel ijs.
Al bij al een geslaagde dag, alleen verliezen we veel tijd met lange approaches om uiteindelijk maar een paar lengtes te kunnen klimmen. ’s Avonds wacht steeds het koken en afwassen, gevolgd door theorie weerkunde of lawinekunde, iedereen begint wat moe te worden. Maar niet versaagd, nog twee dagen om maximaal ervaring op te doen en het beste gebied moet nog ontsloten worden. Val Travenanzes is enkel bereikbaar door een twee uur lange approach op tourski’s en er ligt geen enkele eenvoudige waterval. Dit is het koninkrijk van de afgelegen vijfde en zesde graads, alleen wie sterk staat maakt hier een kans.
Met de steun van Nelson, Olivier en Eivind trek ik met de halve groep naar Travenanzes. Quinten, Nicolas, Kristof en Niels trekken naar het Arntal om daar een mooie vierdegraads van ruim 250m te klimmen. In Val Travenanzes verdelen we ons over vier niet al te slecht gevormde watervallen. Denis en Friedemann beklimmen Topazio, 180m III 4, Olivier gaat met Jeroen door een lijn links op Sogno Canadese, 200m III 5 en Nelson, Eivind en Sebastiaan beklimmen de rechterkant van Sogno Canadese. An en ik klimmen tussen deze twee watervallen een lijn op Diamante 175m, III 4+. Uiteindelijk slaagt niemand er in om het bovenste deel van onze watervallen uit te klimmen, een onstabiele croûte van sneeuw maakt het klimmen daar te gevaarlijk. Maar we klimmen allemaal de mooiste lengtes over enkele goed gevormde pilaren.
De laatste dag is alweer aangebroken en de temperaturen blijven stijgen, 8°C in het dorp waar we overnachten! Nog een laatste dag in Val Travenanzes en dan zal het er zeker opzitten voor deze winter. Met een klein groepje, Quinten, Niels, Kristof en ikzelf leggen we nog eens de ellenlange approach af, maar helemaal op het eind van de vallei wacht ons nog een onverwachte parel. Enkele watervallen die ik de dag ervoor gespot had liggen er erg goed bij. Ze zijn zelfs beter gevormd dan ze in de topo beschreven staan. Met Kristof beklim ik de erg mooie Cascata di Irene, 180m III 5. Quinten en Niels herhalen Topazio, 180m III 4. Jammergenoeg moet de ploeg in het Arntal de beklimming staken door de warmte.
Aan alle mooie verhalen komt een einde, maar om op zaterdag niet in de file te gaan aanschuiven, ronden we de stage af met een wondermooie skitour rond de wereldberoemde 3 Cime di Lavaredo, ook wel de Drei Zinnen genoemd. Hiermee sluiten we deze mooie maar moeilijke week af in schoonheid. Als we thuiskomen is het in België maar liefst 21°C, de overgang van winter naar zomer kon niet bruusker. Maar deze beelden blijven wel in onze herinneringen:
Voor meer info over ijsklimmen in de Dolomieten, zie mijn artikel van vorig jaar.
Sanne
16 zaterdag feb 2013
Omdat we door het werk van An gebonden zijn aan de schoolvakanties, was het niet evident om een geschikte ijsklimbestemming te vinden tijdens de krokus. Vergeet al die overbevolkte bestemmingen waar je om 0500u op moet staan om nog een kans te maken de eerste te zijn onderaan een waterval, vergeet al die uitgeslagen ladders waar je nog amper ijsbijlen nodig hebt, vergeet al dat vallend ijs van de cordée boven je. De Dolomieten zijn weliswaar een uur of tien rijden, maar dat is even lang rijden als naar pakweg Freissinières of Fournel.
Om de reis wat te breken gingen we eerst op bezoek in Berchtesgaden, waar met lokale gids en kersverse vader Hansi Stöckl op skitour gingen en alvast konden genieten van een maagdelijke afdaling door de beste verse poeder. An had op zaterdag nieuwe toerski’s gekocht en die werden al meteen in de beste omstandigheden getest! Vanaf zondagavond trokken we in ons appartementje in Badia, onze uitvalsbasis voor een fantastische week ijsklimmen in het hart van de Dolomieten.
Maandag beklimmen we onze eerste waterval in het nabijgelegen Colfosco. We slapen uit en na een korte instijg van 30′ (geen tourski’s nodig) komen we tegen 10u aan de waterval, geen mens te zien. Met “Lajunta” (100m, II 4), volgens de topo toch een klassieker, openen we de week. An kan haar nieuwe Nomics nu ook zelf uittesten en ook het klimmen met monopoint bevalt haar goed. In de namiddag begint het te dumpen en dat zal zo zijn invloed hebben op de komende dagen 😉
Als we dinsdag vertrekken, is er zo’n 50cm verse sneeuw gevallen. Maar het blijft overdag nog sneeuwen en de zichtbaarheid is niet optimaal. We besluiten om vanuit Lagazuoi de Val Travenanzes in te skiën en eens te kijken of we van boven uit aan de watervallen kunnen geraken. Nadeel is wel dat alles wat we naar beneden skiën, ook weer omhoog moeten. Uiteindelijk blijkt de sneeuw te diep en de vallei te vlak om voordeel te hebben van deze approche. We klimmen die dag geen ijs, maar doen wel een dikke 800Hm met 25kg ijsklimrugzak, goei training!
Woensdag, grand beau en ijskoud: Time to ride! Na het lange afzien van de vorige dag, tijd om eens echt te genieten van die verse diepsneeuw. Vanuit Arabba volgen we de skiliften richting Marmolada en nemen onderweg al wat verse poeder mee. Op de pistes is het megadruk en ook in de bak naar Marmolada zitten we als sardines in een blik. Maar als we boven even de vellen opleggen en naar de op één na hoogste top van de Marmolada klimmen, Punta Roccia 3309m, zijn we helemaal alleen. En het wordt nog beter als we de volle 1500Hm naar beneden kunnen knallen door zowat de beste diepsneeuw die ik ooit gehad heb! Onderweg skiën we nog door de “canyon”, een wonderbaarlijke passage.
Na deze onderbreking (zo’n dump konden we niet laten liggen), gaan we donderdag verder met hetgeen waarvoor we gekomen waren: ijsklimmen. Dit keer trekken we naar de bekendste ijklimspot van de Dolomieten, de kloof van Sottoguda. Een approche van 5′ (te voet) en een uitgebreide keuze aan watervallen en drytooling in alle moeilijkheidsgraden, je zou denken dat het hier dan wel aanschuiven is. Maar ook hier, tijdens de krokus, hebben we het maar voor het uitkiezen. Ook al moet ik toegeven dat we vandaag toch eens andere ijsklimmers zien, een cordée of 3. We beginnen met een leuke opwarmer, Cascata nel Sole (100m, I 3+).
Gevolgd door wat stevigers, de beroemde Spada nel Roccia (50m, I 5), een uiterst esthetische zuil van ijs, letterlijk “het zwaard in de rots”
En we sluiten de dag af met het beklimmen van de prachtige Cattedrale, 100m breed en even hoog, 4+ tot 6, naargelang de geklommen lijn.
Wat nog ontbreekt op ons palmares deze week, is een stevige multipitch. We keren vrijdag terug naar het prachtige Val Travenanzes, volgens de topo de meest indrukwekkende sector. Deze keer vertrekken we vanuit het andere einde van de vallei, van beneden uit, met de tourski’s. De twee uur instijg zijn meer dan de moeite waard:
We gaan direct voor de (volgens de topo) mooiste waterval van de Dolomieten: Sogno Canadese, 200m IV 5+. En het moet gezegd, dat zou wel eens kunnen kloppen; prachtig ijs, geen mens in de buurt, elke relais in een prachtige grot en een fantastisch decor. Toch een klein nadeel, een douche in de eerste touwlengte, maar daarvoor dient goretex en WOLLEN handschoenen!
Net voor donker zijn we terug aan de auto, een prachtige lange dag! Er rest ons nog één dag, want welke idioot rijdt er nu op zaterdag naar huis? We verlaten ons appartement en zijn pas tegen een uur of tien aan de watervallen in Colfosco. Het is weekend en ja, toch wel, er zit een cordée in de waterval die we willen klimmen. Gelukkig zijn die gasten wel vroeg opgestaan en tegen dat we ons klaargemaakt hebben, zijn ze al aan het rappelen. Zo kunnen we nog in alle rust afsluiten met Spada de Damocles, 150m II 4+/5.
Kortom, de Dolomieten als ijsklimbestemming: getest en goedgekeurd!
Nog wat nuttige informatie:
Niet verder vertellen hé, allen naar Cogne!
Sanne
10 zondag feb 2013
Posted Andere
inNu de examens er weer op zaten werd het dringend tijd voor mij (Quinten) om weer eens wat ijs te kunnen knallen. Samen met Andy, Jeroen en Stijn besloten we de watervallen van Cogne onveilig te maken.
Vermits het Andy’s eerste keer was besloten we rustig te beginnen en eerst wat korte (en uitgeslagen) watervallen te klimmen. Om er terug wat in te komen klimmen we enkele keren een mooi 4e graads watervalletje (chandelle de Lilaz). Deze was wel zeer uitgeslagen waardoor het eerder een stevige 3 was en dus een perfecte oefenwaterval. We klimmen tussendoor nog enkele simpele watervalletjes kwestie van de slagtechniek bij te schaven.
De volgende dag staan we vroeg op en besluiten we Lauson (II 3. 70m) te klimmen een mooie waterval met niet al te lange aanloop want die dag is het veel te warm en om 11u moeten we er al mee ophouden omdat de condities te gevaarlijk werden.
Omdat het warme weer maar aanhield besluiten we weer vroeg op te staan en kiezen we voor een waterval net naast die van de dag ervoor. Ignegneria (II 4 100m) heeft een mooie pijler die zeker de moeite is om te klimmen maar in de huidig condities toch wel een pittige 4 zo niet 4+. Omdat Jeroen en Andy eerst in de route kruipen besluit ik samen met Stijn een variant (4 denk ik) op Lauson te klimmen alvorens zelf die prachtige pijler op te kruipen. Later klimmen we ook nog de eerste lengte van Thoule (II 3+ 100m) maar nadat we een stevige downwash van een helikopter (die een Spanjaard met gebroken been kwam redden) over ons kregen was de ‘goesting’ toch wat over en rappellen we na de eerste lengte.
Omdat Cascade Lilaz (II 3 250m) toch wel een oer klassieker is en ze sneeuw voorspellen besluiten we deze dan toch maar te klimmen. Een mooie waterval door een leuke canyon alleen de 2e lengte was wat dun maar daar bestaan korte ijsvijzen voor. Niet? En omdat we vroeg terug waren besluit ik nog een route te drytoolen maar helaas breek ik de sleutelpas uit in mijn 2e poging 😦 . mijn kompanen besluiten dat drytoolen voor aanstellers is en vallen de rots aan met blote handen. Weliswaar met wisselend succes.
De volgende dag besluiten we maar eens te kiezen voor een waterval verder in de vallei. Henninger (II 4 60m) zou het worden een lekkere waterval die ik besluit in 1 lengte te klimmen ipv 2 hetgeen een iets minder goed beslissing bleek vermits de relais zich eerder op 80 dan op 60m bevond wat voor een spannende uitklim zorgde. Omdat ik echt een slechte dag beleef (slecht geslapen) ben ik blij als we het laten bij die ene waterval.
De laatste dag was aangebroken dus het was de moment om nog eens iets zwaar te klimmen. Ik en Stijn kiezen voor Tuborg (II 4+/5 200m) maar in de huidige condities toch wel een 5. Gelukkig waren we vroeg genoeg opgestaan want na ons bleken nog een 6tal andere cordees dit een mooie waterval te vinden. We klommen zeer efficiënt en de andere cordees hebben we alleen nog terug gezien tijdens het rappellen. De waterval was prachtig om te klimmen alleen in de eerste lengte maakte ze een vies geluid waardoor ik de verzuring snel vergeten was en in een mum van tijd boven stond. De laatste lengte bereik je door minstens 100m sneeuwploeteren maar is zeker de moeite om te klimmen.
Jeroen en Andy klommen terwijl Chandelle Levure(II 4+ 180m). Hier klimt Andy zijn eerste lengtes voor waar hij zelf zijn vijzen draait hoewel het ijs soms wat te dun was voor een goede vijs. De laatste pilaar en normaal mooiste lengte lag in geen al te goede condities en was nogal sorbet achtig waardoor ijsvijzen bijna nutteloos werden.
Al bij al een zeer geslaagde week en met een beetje geluk slaag ik maandag ook nog voor mijn laatste examen.
Quinten
13 maandag feb 2012
Posted Mount Coach
inTags
An Laenen, Ardennen, drytoolen, ijsklimmen, Sanne Bosteels, Tim Van Houtteghem, Yannick De Bièvre
Op 3 januari 2009 startte onze blog met exact dezelfde titel. Ondertussen zijn we al 3 jaar en ongeveer een half miljoen views verder. Maar onze motivatie om te klimmen, skieën en te ontdekken is nog steeds dezefde!
Ook al kwamen Sanne en An net terug van Patagonië en ik van Japan, een beetje ijs in België was weer genoeg om ons in de auto te reppen en richting de Ardennen te rijden. Ook Tim VH was van de partij, klaar om zijn nieuwe Nomic ijsbijlen op echt ijs uit te proberen.
In de carrière van Chanxhe waren al enkele andere klimmers druk bezig touwen omhoog te hangen. Helaas het ijs was helemaal niet zo goed gevormd als in 2009.
Ik kende gelukkig nog een andere spot in de omgeving waar wel wat ijs zou te vinden zijn en we ook konden drytoolen.
We amuseerde ons de hele dag met van de ene ijslijn naar de andere te klimmen en nieuwe varianten uit te proberen. Een ideale voorberereiding op het echte werk zou ik het niet noemen, maar in ieder geval leuker en exclusiever dan een namiddag in de klimzaal!
09 donderdag feb 2012
Posted Andere
inEen trainingsessie van Markus Bendler, regerend wereldkampioen ijsklimmen. Net wat ik nodig had om weer gemotiveerd te raken.
27 zondag feb 2011
Posted Andere
inTags
Na de terugkeer uit Antarctica heb ik weinig rust gekend, ik geloof dat ik nog geen 2 dagen thuis geweest ben in de afgelopen drie weken. Eerst trok ik met An naar Chamonix, waar we ons tentje opzetten in de Vallée Blanche, onderaan pointe Adolphe Rey. Na een rotnacht op een lekke thremarest, was ik een wrak.
Ik voelde me stokoud en had er een beetje genoeg van om ook nog tijdens mijn vakantie met An koud te lijden. Maar nadat de zon ons tentje wat opgewarmd had, klommen An en ik de mooie goulotte “Valeria” op de Petit Capucin. Na een tweede koude nacht op het ijs, besloten we wijselijk om naar beneden te skiën.
Na een niet al te slechte afdaling, weer ingepakt en doorgereden naar Cogne in Italië. Ik wou nu eindelijk ook eens wat gaan watervalklimmen in dat de hemel ingeprezen ijsklimparadijs. We kwamen er op een zaterdag aan en vonden met enige moeite nog net een kamer met ontbijt. De volgende dag was het vechten voor een beschikbare waterval, uiteindelijk klommen we Stella Artice (180m II 5), een uitgeslagen 5e graads, waarbij de douche inbegrepen was. Mestnat weer afgedaald en wat lager nog een tweede waterval beklommen, Stalattite di Cristallo (50m II 4+), die nog niet beklommen was en veel moeilijker dan Stella. Het werd een gevecht tegen mijn ongetrainde armen, hoog boven de laatste ijsschroef. Weer even mijn grenzen bereikt.
De volgende dagen verbleven we in een prachtig appartement. In een residentie met de ronkende naam “Chateau Royal”, vonden we wat we zochten, een goedkoop logement waar we zelf konden koken. Algemeen vind ik Cogne erg duur en voor de modale ijsklimmer is er weinig keuze aan betaalbaar logement. Maar hier viel dat dus mee en er was nog eens sauna en wifi inbegrepen. Maandag stonden we extra vroeg op, want we wilden een klassieker van de vallei klimmen, Cold couloir (600m III 4+). Maar we waren niet de enige, een Italiaanse gidse met klant was ons voor. Gelukkig was ze erg sympathiek en verlipe alles in een aangename sfeer. Haar klant was 65 jaar oud en smeet heel wat ijs naar beneden, maar we hebben het hem vergeven.
Na de zevende touwlengte daalde deze cordée terug af, terwijl wij de resterende 4 lengtes nog klommen. We konden terug afdalen op abalakovs, om zo de Arollaz afdaling te vermijden. Een mooie, maar lange dag. Dinsdag sneeuwt het en we trekken naar Valnontey, waar we Sogno di Patagonia (200, II 5) willen klimmen. Maar de cigaar van de eerste touwlengte is gebroken en we vinden geen ander goed alternatief. De laatste dag van onze vakantie gaan we freeriden in La Thuile, waar we nog kunnen genieten van de verse poeder en dankzij mijn kennis van dit domein, zijn we de locals voor op de mooiste run.
Tot zover de vakantie met An, een dag later was ik aan het werk in MLD, waar ik de winter training met de Kamp Cie van nu nog snel moest voorbereiden. In het weekend geen rust, het was ingangstesten voor Mount Coach 4. Na een strenge selectie konden Koen, Walter en ik 5 kandidaten selecteren, je vind ze binnenkort op de “MC team” pagina. Zaterdag deden we naar aloude traditie de GR tussen Bouillon en Vresse. Maxime en ik liepen mee en deden er minder dan 5 uur over. Zondag de stevige klimtest in MLD en de definitieve selectie. Jammer dat er dit jaar geen vrouwelijke kandidate bij was, een traditie gaat verloren 😦
Zondag nog snel een frietje eten met An en hop, maandag weer weg met de Cie naar de Italiaanse alpen. In La Thuile verblijven we twee weken om onze winter skills bij te trainen. Jammer genoeg geen dump zoals vorig jaar, maar correcte sneeuwcondities. We beginnen met twee dagen skitraining op en vooral buiten de piste. In mijn ploegje zitten enkele MC veteranen, Steve, Blommie en onze Stijn. Dikke fun dus en knallen op die latten 😉
Donderdag moest ik een verkenning doen voor de oefening van vrijdag in Cogne. Dat betekende vooral wat ijsklimmen met de Steve. Ik koos voor Hard ice in the rock (300m, II 4). De waterval was een makkie, maar de approach was wat spannender dan verwacht.
Ik had de topo niet gelezen en dacht dat het gewoon over een richel traverseren was naar de waterval. Maar het was aan het sneeuwen en er zit een passage in van 5c over een gladde dalle. Als een kat met ijsbijlen en stijgijzers geraak ik erover, maar de laatste tussenzekering was een heel eind terug en niet al te best. Weer voer voor een nachtmerrie ergens in de komende weken 😉 Uiteindelijk klimmen we de mooie waterval met knappe lengtes van 80° steil. Op vrijdag organiseer ik een grote oefening in dezelfde vallei, met opsporen en evacueren van lawineslachtoffers, lawinekunde, equipement de passage en een ijsklimtraining. Een goed gevulde dag, waar alle 32 deelnemers iets aan hadden.
Gisteren opnieuw een lange dag. Ik heb enkele nieuwigheden geïntroduceerd omtrent skiën op spaltenrijke gletsjers en we brengen de theorie naar de praktijk in het hooggebergte. We nemen de lift naar Helbronner, op 3500m hoogte in het Mont-Blanc massief. Daar oefenen we eerst spaltenberging in, met skimateriaal. Niet zo eenvoudig, maar de voorgestelde systemen werken goed. Binnenkort meer daarover voor de MCers.
Daarna brengen we het ingebonden skiën in de praktijk en dalen de glacier de la Thoula af met vier touwgroepen. Dat is altijd moeilijk en leid tot veelvuldig vallen, maar het is een noodzakelijke en nuttige training. Om de dag goed te maken doen we nog een tweede freeride afdaling. De eerste run had ik een steil couloir gespot en met een klein groepje van vier skiërs dalen we hierin af. De eerste twee bochten zijn al extreem en als je hier valt ben je dood. Uiteindelijk een dikke 500m aan meer dan 50° steil, soms maar enkele meters breed. Spannend en beestig vermoeiend.
Op het eind van de dag nog wat “gevechts-skiën” in de zware namiddagsneeuw en om de benen wat rust te geven een saunaken. Vandaag is het mijn verjaardag en we hebben wat getraind in het domein van La Thuile. De komende dagen gaan we op skitour in Valtournanche en tegen het eind van de week weer thuis. Heel even, want vanaf zaterdag begint de MC4 skistage… Ik zie mijn lieve An veel te weinig. Geef ze allemaal een dikke knuffel als je ze ziet, ze heeft het nodig.
Sanne
06 zaterdag mrt 2010
Posted Mount Coach
inIk kan me nog herinneren dat Koen aan Christophe Profit vroeg of Eugster Direct op de noordwand van Aguille du Midi er goed bij lag. “Behoorlijk droog” antwoordde hij. “Dus niets voor ons” dachten we toen hardop. Waarop Christophe Profit glimlachte en iets zei zin de trend van “een droge route kan juist leuk zijn”.
De laatste dag in Vallon Du Diable kwamen we (Ik en Tim De Dobbeleer ) pas laat uit onze slaapzak. Eerst nog even genieten van het warme zonnetje, een rustig ontbijt en dan pas naar de waterval. Uiteindelijk werd het behoorlijk laat. Wat maakte dat we pas tegen 2 u onderaan onze waterval stonden. Repulsion zou het worden. Een gids en klant kwamen juist beneden aan onze depot en vroegen wat we die dag al geklommen hadden. Niets, we hebben wat in de zon gelegen. Een bedenkelijke blik en een waarschuwing dat deze waterval er best droog bij ligt. De laatste lengte is zelfs niet gevormd. Hij vraagt nog welk niveau we klimmen. Ik zeg dat dit bijna tegen de limiet aanloopt maar we zullen wel zien. Als het te moeilijk is of slecht af te zekeren keren we wel terug.
Ik start de eerste lengte, volgens de topo een sneeuwcouloir en een korte muur van 80 graden. Het sneeuwcouloir ligt er, de muur niet. Enkel een blok van een goede meter hoog die een 60 centimeter overhelt versperd het couloir. De meeste watervallen aan de noordkant van Vallon Du Diable ligger er dunnetjes bij. Normaal zal er over deze blok dus ook wel ijs liggen? De enige tussenzekering hangt nu al een 10 tal meter onder me en deze passage doe ik toch liever veilig. Ik ga dus op zoek naar een mooi stukje ijs of barst. De 2 witte lijnen aan de zijkanten van de blok blijken losse poedersneeuw te zijn. Daar heb ik dus niets aan, zelfs niet om deze blok te omzeilen. Na een beetje graven onder de blok kom ik gelukkig nog een stevig stukje ijs tegen. Een veilige zekering kan ik dus toch plaatsen. Tussen de blok en de eigenlijke rots steek ik ook nog een klemblok. Een bijl haak ik eveneens onderin, mijn linkerbeen open op een kleine oneffenheid op de rots. Nu kan ik mijn lichaam naar achteren laten hangen zodat ik over de blok kan kijken. Links bovenop de blok plaats ik mijn andere bijl. 2 keer in losse poeder de 3 de keer in een iets vastere sneeuw maar met mijn volle gewicht kan ik er zeker niet aan hangen. Ik laat mijn bijlen even voor wat ze zijn en probeer met mijn handen mijn evenwicht te behouden verzet mijn rechtervoet en linkervoet en breng mijn rechterbijl eveneens boven de blok. Deze komt na de 2 de poging in vaste firn terecht. Ook mijn andere bijl breng ik in een klein barstje dat meer te vertrouwen is. Met het nodige gesukkel en geknars van Crampons komen mijn voeten stilaan ook boven.
Terwijl ik het hier nu rustig neerschrijf weet ik dat het me zeker meer dan 5 minuten heeft gekost. Zoeken naar een goede zekering, de verschillende mogelijkheden afwegen, over de rots komen kijken en snel terug eronder door een vlaag spindrift, terug kijken, de bijlen plaatsen, terug rondkijken en afwegen,….Een klein stukje heerlijke mixte. Maar uiteindelijk geraakt de eerste lastige passage overwonnen. Ik klim verder door, maar mijn touw is bij de blok ergens tussen geraakt dus uiteindelijk moet ik relais maken. De beloofde relais aan de rechterkant is alleszins zoek. Tim komt na, en gelukkig, ook hij moet even uitzoeken hoe je erdoor geraakt.
Tim klimt de 2 de lengte. Een stukje goulotte startend bij 70° dat stilaan steiler wordt met op het einde een klein muurtje van 90°. Geen muurtje uit ijs, maar uit een poedersneeuw die zich nog niet volledig tot vaste firn of goulotte-ijs heeft omgezet. Ook hier komt het erop aan van op tijd een tussenzekering te plaatsen. Want juist in het moeilijkste stuk is dat niet mogelijk en valt er op weinig te vertrouwen.
De derde lengte is de zogezegde crux. Een 15 meter 90° dat dan stilaan afzwakt naar 80°. In een smalle geul plakt er overal ijs en sneeuw. Dik is het zeker niet maar met een beetje zoeken en proberen krijg je er her en der vijzen van 16 cm in. Maar ook hier is het tussen de losse poeder zoeken naar stevige stukken firn of ijs voor de voeten, bijlen en ijsvijzen. Na een lastige maar mooie traverse beland ik aan een Relais. Tim klimt deze lengte na door een continue spindrift ik kan enkele leuke foto’s maken.
Doordat er weinig ijs in de route ligt start de 4de lengte eveneens met een lastige mixte traverse. Een kleine 3 meter rechts ligt de ijsgeul, De voeten hebben steun aan een dun laagje ijs dat over de rotsen ligt. De bijlen moeten op zoek naar kleine oneffenheden op de rots, stukjes mos of zich vastzetten in het beetje sneeuw dat tegen en tussen de rotsen plakt. Sneeuw die slechts een keer aangeraakt mag worden, een 2de keer en het valt uit elkaar. Tim klimt deze lengte voor. We hebben een bomvaste relais maar bij een klein foutje voor Tim bij het goede ijs komt maakt hij een serieuze pendel. Op zoek naar een eerste tussenzekering dus. Echte barsten voor klemblokken komen niet voor maar na enig graven in de sneeuw vind Tim een gat waar hij zijn bijl ondersteboven in kan haken. Zo geraakt hij in de buurt van een dikker plekje ijs voor de eerste ijsvijs. Nog enkele voorzichtige passen tot bij het echte ijs en dan is Tim vertrokken.
De laatste lengte loopt normaal door een tunnel. De tunnel is er. Het ijs ontbreekt. Snel rapellen we terug naar beneden. We zullen ons moeten haasten om voor het donker terug bij de auto te zijn.
Zelden heb ik een beklimming zo gedetailleerd beschreven. Kijk ik wil even laten zien dat routes best leuk, om niet te zeggen leuker zijn met weinig ijs. Neem wat ijs weg, laat hier en daar een barst, een oneffenheid in de rots en de route wordt veel meer een puzzel die je moet oplossen. Niet gewoon op zoek gaan naar het volgende gaatje in het ijs.
In het geval van Repulsion kan ik ze me moeilijk mooier voorstellen in een dikke laag ijs. Ja ik weet best, tenzij je een overhangende drytoolexpert bent geraak je niet door een lengte waar normaal een vrijstaande sigaar staat. Maar de goulotteachtige watervallen en echte alpiene goulotten. Die moeten niet perse dik liggen. Neem een setje klemblokken, enkele friends, desnoods pitons mee. Zelf heb ik tijdens het klimmen nog nooit pitons moeten slagen, enkel voor een rapel. Maar toch heb ik al vaak gedacht hier slaag ik beter een piton dan die klemblok die er waarschijnlijk terug uitvliegt.
Vergeet even Ligt is Right, dat is voor de grote projecten, en ga een beetje spelen.
Klim rustig, hou een beetje reserve, maar vooral, hou het veilig !!!!
25 donderdag feb 2010
Posted Andere
inTags
Zo gezegd zo gedaan. Terwijl de anderen gingen skiën, ging ik op pad naar het wandje. Een rappel stelde me instaat om de wand nog even grondig van dichtbij te bestuderen en de losse rommel eruit te zwieren. Ik keek ook al eens goed waar eventueel pitons geslaan moesten worden. Dat mijn route via de schuin naar boven lopende barst zou gaan dat stond vast. Want in de barst kun je friends kwijt en ik wou het slaan van pitons tot een minimum beperken. Bij gebrek aan goede barsten voorzag ik de onderste 8 m van 3 pitons, alsook het stuk boven de barst werd van 3 pitons voorzien. Het niveau schat ik op M6.
Is het voor ijsklimmen te warm, te lawinegevaarlijk, of wil je gewoon eens drytoolen, ga dan zeker eens een kijkje nemen.
je brengt best het volgende mee :
– De kleine camalots van BD, C4 (van nr. 0.4-1 )C3 (nr.2)
– Een touw van 60 meter
– en wat setjes
Onderaan de wand, deden we nog een leuke traversée genaamd Hot Marijke. Deze begint ongveer in het midden van de wand en gaat tot helemaal links
05 vrijdag feb 2010
Posted Mount Coach
inHet slechte weer in chamonix bracht ons zondag snel naar Vallon Du Diable. We hoopten een 3 tal dagjes te klimmen en terug naar chamonix te trekken. Spijtig genoeg werd het weer in Cham niet beter maar klagen kunnen we niet. 4 dagen ijs, 4 koude maar goedkope nachten in de stal bij Marie Turc. Er zijn veel mooie foto’s genomen, te veel om allen te laten zien. Hier alvast enkele. De beklimming van Minuscule Gully/L’Asymptote infernale hebben we op film. Eens zien in hoeverre ik een filmpje kan monteren. Dan smijt ik het binnenkort op de blog.
Tim in de cruxlengte van Repulsion, © 2010 Sam Van Brempt
Wat we zoal geklommen hebben?
La Sans Nom. II 4, 150m (Jasper & Jonas )
Oublie-moi. II 4+, 120m (Sam, An & Tim )
Les Larmes du Chaos. II 4, 120m (Jasper & Tim )
Cascade du Clôt. II 4+, 100m (Sam, Bram, An & Jonas )
Les Hémos à Godo. II 4, 220m (An, Tim & Jasper )
Minuscule Gully. II 4+, 100m (Jonas & Sam )
L’Asymptote infernale. II 4+, 280m (Jonas & Sam )
Repulsion. II 5, 150m (Sam & Tim )
L’Autisme. II 4, 180m (Jasper, Jonas & Bram )
Vanavond zitten we in La Grave. Er is al een 30 cm gevallen en er wordt nog meer verwacht. Poeder voor de laatste dagen!