Kerstmis is achter de rug hier en het is hoogzomer. Uit de wind en in de zon is het aangenaam vertoeven bij -5°, warmer dan het nu in België is, hoor ik jullie al denken. Ik ben alweer een dikke week aan het werk rond de basis, maar het eerste wat ik gedaan heb na de terugkeer van de kust, was een grote verzoening tussen snowboard en ski. Enkele leuke afdalingen op niet al te slechte sneeuw.
De fun was van korte duur, vorige zondag vertrok een grote ploeg naar huis, maar er kwam ook een nieuwe ploeg van in totaal 11 wetenschappers aan hier en die moeten allemaal een opleiding volgen om te kunnen overleven op Antarctica. Dat is mijn werk en ik geef een Field Training van twee dagen waarin alle “basic skills” aan bod komen. Dat gaat van het gebruik van hun persoonlijke uitrusting, “How to shit on Antarctica” tot rijschool met de skidoo en spaltenberging. Terwijl ik deze week bezig was met de nieuwe ploeg wetenschappers, vertrok een konvooi van vier Prinoths naar Crown Bay om het schip, de Mary Arctica, te gaan ontladen.
Het is niet makkelijk om les te geven aan 11 wetenschappers van allerlei pluimage. De voertaal is weliswaar Engels, maar het Engels van een Rus, een Duitser of een Japanner is niet altijd even makkelijk te verstaan 😉 Het gezelschap is erg internationaal, 2 Japanners, 4 Duitsers, 1 Rus, 1 Luxemburger, 1 Zwitser, 1 Franstalige Belgische en een Vlaming. Om die hele bende in de hand te houden en ervoor te zorgen dat alles veilig blijft, moet ik ogen op mijn rug hebben. Daarbij komt nog dat een deel van die mensen nog nooit op Antarctica geweest zijn en anderen hier al 20 jaar ervaring hebben. Maar dat is geen garantie, want uitgerekend die Duitser met 20 jaar ervaring is de grootste kluns met een Skidoo.
De tweede dag van de Field Training rijden we met de hele bende naar de Gunnestadbreen, waar we een goede didactische crevasse ontdekt hebben. De technieken die ik in Antarctica aanleer zijn wat verschillend van die in de Alpen. Een T-anker werkt hier bijvoorbeeld niet, dus wordt er vooral op basis van Skidoos gewerkt als verankering. Omdat het zo’n mooi weer is, doen we aansluitend een kleine beklimming van Teltet, een nabijgelegen Nunatak. Ik profiteer ervan om nog een ski-afdaling mee te pikken.
Na de Field Training, werk ik een aantal dagen met de Duitse geologen. Daarbij moet ik een aantal routes uitzetten en afvlaggen naar de Ketelersbreen en de Duboisbreen, twee nabijgelegen gletsjers. Het leuke aan Geologen is dat je ze maar aan een hoop stenen moet afzetten, waarna ze een paar uur zoet zijn. Tijd genoeg dus om wat toppen te beklimmen en beskibare hellingen op te sporen.
Het weer is niet altijd even goed, maar ook als het bewolkt is, kan er wat gedaan worden. Ik bemerk een opvallende piek boven de samenvloeiing van twee valleien. Van op deze top kan ik de 50km verderop gelegen toppen zien liggen die ik vorig jaar naar An, Hans en Koen genoemd heb. Een goede plek om een steentje van Joris achter te laten en Joris’ Peak te noemen.
Ik schrijf een in memoriam op de rotsen.
Na een dag op de Ketelersbreen, werk ik rond Kerstmis vooral op de Duboisbreen, in beter weer. De geologen trekken van Nunatak naar Nunatak en ik kan ze niet al te lang alleen laten. Ik beklim een paar kleine toppen en ski er telkens weer vanaf. Niks spectaculairs, maar wel leuk.
Gisteren kwam het konvooi terug van de kust en we hebben weer voorraad van alles. Gisterenavond vierden we het kerstfeest, met lekker eten, en met de luxe van echt Belgisch bier: op het schip zat een lading Vedett. Een toepasselijk bier voor Antarctica, let maar eens goed op het etiket van een flesje Vedett. En Kristof slaagde er zelfs in om echte Mojitos te shaken 😉
Het zal allemaal van korte duur zijn, want over een paar dagen vertrek ik voor een maand met een tweede grote wetenschappelijke expeditie naar één van de koudste plekjes op Antarctica. Meer daarover binnenkort.
Sanne
Happy Christmas Sanne,
Beste Sanne,hier zou Koen van genoten hebben, maar ook wij volgen met belangstelling je avonturen; wij wensen je een tof verblijf op de elisabeth basis, een behouden terugkeer en een gezond en gelukkig 2011; van harte
Kris en Jaak De Backer